LEES
Risk & Compliance ESG & Duurzaam financieren

Level II SFDR: Principal Adverse Impacts 

Datum:24 maart 2021

Op 4 februari 2021 publiceerden de European Supervisory Authorities (ESA's) hun definitieve voorstel voor de gedelegeerde verordeningen onder de Sustainable Finance Disclosure Regulation (hierna level 2 SFDR genoemd). In het vorige nieuwsbericht bespraken we de handvatten van de ESA's over de interpretatie van het  "do no significant harm principe"

In het document – dat een kleine 200 pagina’s telt – worden echter nog meer onderwerpen besproken. Deze maand kijken we naar de regels rondom het meewegen van ongunstige effecten op duurzaamheidsfactoren (principal adverse impacts; PAI’s). Financiële marktdeelnemers (hierna: ondernemingen) die stellen dat ze zulke effecten in aanmerking nemen, zijn verplicht om op de website uit te leggen hoe zij dit doen. Deze norm volgt uit artikel 4 van de SFDR. De gedelegeerde regelgeving zal de verplichtingen waar deze uitleg aan dient te voldoen naar verwachting vanaf januari 2023 inkleuren. Dit heeft een bijzonder gedetailleerd statement tot gevolg. Waarover precies gerapporteerd moet worden, kan verschillen per type belegging.

Comply or explain

Voordat we bespreken hoe PAI’s moeten worden meegewogen, is het belangrijk om te vermelden dat u als onderneming niet verplicht bent om PAI’s mee te wegen. Artikel 4 van de SFDR is een zogenaamd ‘comply-or-explain’ artikel. Dat houdt in dat ondernemingen twee opties hebben:

1. De onderneming houdt rekening met PAI’s, en legt uit hoe zij dit doet (comply); of

2. De onderneming houdt geen rekening met PAI's en legt uit waarom ze dat niet doet, en, indien van toepassing, of en wanneer ze van plan is dergelijke nadelige gevolgen in aanmerking te nemen (explain).

Alleen voor ondernemingen met meer dan 500 medewerkers geldt deze keuzemogelijkheid niet; zij moeten PAI’s vanaf 30 juni 2021 verplicht meewegen. 

Het PAI-statement 

Wanneer een onderneming ervoor kiest om PAI’s in aanmerking te nemen bij het beleggen, moet de onderneming op haar website uitleggen hoe zij dit doet. De Level 1-tekst van de SFDR geeft slechts globaal aan waar deze uitleg aan dient te voldoen. Zodra de Level 2-regels van toepassing worden, moet de onderneming echter verplicht gebruik gaan maken van een template (dat als bijlage bij de gedelegeerde regelgeving is opgenomen). In dit template komen zes onderdelen aan bod:

  1. Een samenvatting van het PAI-statement;
  2. Een beschrijving van de geïdentificeerde PAI’s;
  3. Een beschrijving van het beleid voor het identificeren en prioriteren van de belangrijkste PAI’s;
  4. Beleid met betrekking tot actief aandeelhouderschap;
  5. Referenties aan internationale standaarden; en
  6. Historische vergelijking.

Het effect van de Level 2-regels 

Wanneer de Level 2-tekst van toepassing wordt, zal dit gevolgen hebben voor de invulling van het gehele PAI-Statement. De grootste impact voorzien we desalniettemin bij tweede onderdeel: de beschrijving van de geïdentificeerde PAI’s. De (op dit moment geldende) Level 1-regels schrijven voor dat ondernemingen de belangrijkste PAI’s van hun beleggingen moeten benoemen. Dat is nog redelijk abstract. Wanneer spreek je dan van een PAI? Naar welke indicatoren kijk je? En wanneer is een PAI ‘belangrijk’?

Omdat ondernemingen de verplichtingen uit artikel 4 SFDR op dit moment nog naar eigen inzicht mogen interpreteren, is het relatief eenvoudig om aan deze norm te voldoen. Wanneer uw onderneming bijvoorbeeld de klimaatimpact van alle beleggingen meet, kunt u op uw website aangeven dat u bij het beleggen rekening houdt met de klimaatimpact van investeringen. Wanneer u juist veel oog heeft voor de eerbiediging van mensenrechten, kunt u dat vermelden.

Vanaf januari 2022 mogen bedrijven niet meer zelf bepalen welke PAI's ze opnemen in de beoordelingsverklaring. De Level 2-tekst verdeelt de PAI's onder in twee groepen: verplichte PAI's en opt-in PAI's. 

De 14 verplichte PAI’s moeten altijd worden meegewogen. Ondernemingen moeten deze PAI’s vervolgens aanvullen met 2 opt-in PAI's. De lijst in  met opt-in PAI's bestaat uit verschillende milieu- en sociaal gerelateerde PAI’s. Een onderneming dient ten minste één milieu gerelateerde PAI en één sociaal gerelateerde PAI te selecteren. Hierdoor bevat het PAI-statement van een onderneming uiteindelijk ten minste 16 PAI’s.
Tenslotte mag de onderneming haar PAI-statement aanvullen met any other PAI. De verwachting is dat niet veel ondernemingen van deze mogelijkheid gebruik zullen maken.

Verplichte PAI's en opt-in PAI's 

De 14 verplichte PAI’s zijn voor het merendeel milieu gerelateerd: 9 van de 14 indicatoren hebben betrekking op zaken als de uitstoot van broeikasgassen, afvalproductie en verlies aan biodiversiteit. De resterende 5 verplichte PAI’s zijn sociaal van aard. Hier gaat het bijvoorbeeld om naleving van de UNGP's en OESO-richtlijnen, diversiteit in het bestuur en gelijke lonen voor mannen en vrouwen.

De opt-in PAI's moeten worden gekozen uit een voorgeschreven lijst van PAI's in bijlage I. Eén opt-in PAI moet verband houden met de milieufactoren en de andere opt-in PAI moet verband houden met sociale factoren.

Klinkt dit als veel werk? Dan is het wellicht nog een schrale troost om te weten dat de ESA’s in eerste instantie wilden dat financiële ondernemingen over ten minste 34 PAI’s zouden gaan publiceren. De toezichthouders hebben hun ambities dus al enigszins bijgesteld door dit aantal bij te stellen naar 16 PAI’s.

Onderscheid naar type belegging

Niet iedere PAI is meetbaar voor ieder type belegging. Hoe meet u bijvoorbeeld de afvalproductie die gerelateerd is aan een staatsobligatie? Of de diversiteit in het bestuur van een belegging in vastgoed?

De ESA's realiseerden zich dit ook na het lezen van de feedback van bedrijven op de eerste versie van het voorstel voor level 2 SFDR . Aanvankelijk wilden de ESA's de voorgeschreven PAI's toepassen op alle soorten beleggingen, maar sinds de ontvangen feedback zijn ze van gedachten veranderd. Voor beleggingen in sovereigns en supranationals of real estate zijn er geen 14 verplichte indicatoren, maar slechts 2. Let wel: ook voor deze beleggingen moeten opt-in-PAI 's worden toegevoegd. Voor overheden en supranationale instellingen moeten twee opt-inI PAI's worden geselecteerd; voor onroerend goed hoeft slechts één milieugerelateerde opt-in-PAI te worden geselecteerd.

Kortom: de ESA’s hebben besloten om de markt toch enigszins tegemoet te komen, en hebben dit gedaan door (i) het aantal verplichte PAI’s te verminderen en (ii) een differentiatie naar type belegging aan te brengen.   

Gebrek aan data 

Ondanks de hiervoor beschreven versoepelingen ten opzichte van het eerste voorstel, zal de PAI-screening bij veel beleggingen behoorlijk ingewikkeld zijn. Denk aan beleggingen in funds-of-funds (waarbij volgens de ESA’s gekeken moet worden naar de achterliggende beleggingen) of beleggingen in entiteiten buiten de EU. Het vergaren van de nodige PAI-data zal in de praktijk niet altijd even eenvoudig zijn.

Kun je in zo'n geval zeggen: "Ik heb mijn best gedaan, maar ben er niet in geslaagd om de PAI's van een belegging te identificeren en te analyseren"? Helaas is het niet zo eenvoudig, omdat de ESA's van mening zijn dat: 

’Financial market participants should identify principal adverse impacts on sustainability factors through all reasonable means available. For example, they may employ external market research providers, internal financial analysts and specialists in the area of sustainable investments, undertake specifically commissioned studies, use publicly available information or shared information from peer networks or collaborative initiatives. Financial market participants may also engage directly with the management of investee companies to better understand the risk of adverse impacts on sustainability factors. Direct engagement may be particularly necessary in situations where there is an insufficient level of data available

Tijd voor actie 

Houdt jouw bedrijf rekening met PAI's voor zijn investeringsbeslissingen? Zo ja, dan hoef je niet meteen in de stress te schieten. Laten we beginnen met vermelden dat level 2 SFDR nog niet van kracht is. Ten eerste moet de Europese Commissie het voorstel van de ESA's nog goedkeuren. Level 2 SFDR zal dan naar verwachting in januari 2022 van kracht worden. Tot die tijd mogen bedrijven PAI-screening dus nog op hun eigen manier interpreteren.

Desalniettemin raden wij ondernemingen aan om nu alvast voor te sorteren op de toekomstige regels. Zo ben je op tijd in staat om – conform de Level 2-regels – over de PAI’s van uw beleggingen te publiceren.

Meer weten? 

Heb je vragen naar aanleiding van bovenstaande informatie? Kun je ondersteuning gebruiken bij het identificeren of implementeren van (aankomende) ESG regelgeving, zoals de SFDR? Wij vertellen je graag meer over ESG regelgeving voor de financiële sector, en de impact daarvan op jouw bedrijf. Lees meer over hoe wij je bedrijf kunnen ondersteunen met ESG zaken of neem contact met ons op.